Voor onze doelstellingen zijn nevengeulen en strangen belangrijk. Bestaande, natuurlijke nevengeulen en strangen onderhouden we om te voorkomen dat ze opdrogen of verdwijnen door aanzanding en moerasvorming. Als dat al is gebeurd, graven we ze opnieuw uit en verbinden we ze beter met de rivier. Maar we leggen ook nieuwe nevengeulen en strangen aan. Die graven we uit in het winterbed van de rivier, of we verbinden een bestaande geul of plas met de rivier om zo een nevengeul te worden. De verbinding met de rivier zorgt voor een stroming die het water helder houdt, maar doordat de nevengeul niet zo diep is, ontstaat er nooit een snelle stroming.